De eenzaamheid staat voor de deur
van die achter bleef. Ze wil onthaald
verhalen vol herkenning zal beamen
worden als een vriendin die
tot in de late eeuwigheid.
En terwijl jij angstvallig in je eigen
memoires de zinnen herschrijft
glipt zij bij je naar binnen en nestelt
zich tussen je lakens om als troost,
postuum, haar lichaam te geven.
Maar jij neemt je aarden vat mee door
de smalle poort naar buiten de muren
en laat het vullen met bittere wijn om
samen op het lege terras, tegenover
de vervallen kerk, het nooit te drinken.